door Marten van der Meulen
Ik laat me nogal afleiden, maar alles is ook zo interessant. Zo was ik vorige week een artikel aan het lezen over Frans taaladvies over de subjonctif (spoiler: taaladvies heeft in 500 jaar geen enkel effect gehad op dat element in gesproken taal), en daar kwam ik een referentie tegen naar ene Jeanjean. Nu kende ik die Franse achternaam al langer: een zekere Paul Jeanjean heeft drie dikke boeken met klarinetetudes geschreven, waar ik (en menig ander) me tijdens mijn conservatoriumopleiding doorheen heb moeten worstelen. Maar nu opeens dacht ik: wat is dat eigenlijk een gekke naam, Jeanjean. Een voornaam verdubbeld als achternaam, hoe kan dat?!
Familienaam
Het leuke aan de achternaam Jeanjean is dat er maar liefst vier aspecten zijn die vreemd zijn. Ten eerste is er sprake van een voornaam als achternaam. Dat is in eerste instantie nog niet zo heel bijzonder. Een van de meest gebruikte manieren om achternamen te maken is tenslotte door de voornaam van de moeder dan wel vader te gebruiken: metroniem vs patroniem. In bijvoorbeeld IJsland is dit nog steeds gangbaar, wat problemen op schijnt te leveren bij het aangeven van nieuwe kinderen in Nederland. In het Nederlands zien we hier nog volop sporen van terug: Jansen, Pietersen, Lucassen etc.
Een ogenschijnlijk onmisbaar element is een woorddeel dat aangeeft dat het gaat om een 'zoon/dochter van'. Zo krijg je in het Nederlands Janszoon (Janssen) en in het Engels Johnson. In het Frans kan dit ook: daar wordt een dergelijke relatie aangegeven door 'de' (Jean de Jean) of door Fitz (Jean Fitzjean). Maar de gebruikelijkste manier is zonder extra element: zo krijgen we dus achternamen die er hetzelfde uitzien als voornamen: Martin, Michel, Robert en Richard.
Dubbel de pret!
Tot dusverre is er weinig aan de hand dus, Frans heeft gewoon een ander patronymisch systeem. Maar de verdubbeling is lastiger te duiden. Ten eerste lijkt die in andere talen niet voor te komen: ik ken in het Nederlands geen namen als Henk Janjan (hoewel 'Jan jan' natuurlijk wel de Armeense inzending voor het Songfestival 2009 was). Ook in het Engels of het Duits komen zulke dubbele namen me als vreemd voor (Johnjohn of Johanjohan?). En wat de boel nog eens extra raar maakt is dat ook in het Frans andere dubbele voornamen als achternaam niet voor lijken te komen: geen Pierrepierre of Mauricemaurice.
Om te begrijpen wat er aan de hand is, moeten we eerst kijken naar de naam Jan/John/Johan/Jean. Die naam lijkt symbool te staan voor het gewone, het alledaagse (een soort ouderwetse Henk en Ingrid), zie de eindeloze lijst op Wikipedia. Die focus, die stereotypering, die lijkt ook namen te hebben opgeleverd waarbij een adjectief aan Jan werd gekoppeld. Klein is een bekende: dat levert in het Engels Littlejohn, in het Duits Lütjohann en in het Nederlands Kleinjan op.
Dit is in het Frans ook gebeurd: daar vinden we bijvoorbeeld een flink aantal Petitjeans en zelfs Grosjeans (dat is in het Nederlands alweer zeldzamer, maar enfin). Die laatste naam is interessant: grosjean werd ook gebruikt om een dommerd aan te duiden. En daarmee zijn we tenslotte bij Jeanjean aangekomen.
Dubbel dom
Jeanjean werd namelijk óók gebruikt om aan te geven dat iemand dom was. De verdubbeling drukt dus domheid uit. Hoe dat ontstaan is, dat blijft dan weer gissen. Verdubbeling (of reduplicatie, Milfje schreef er al eens over) is een veelvoorkomend proces in talen van de wereld dat allerlei verschillende dingen kan uitdrukken, van herhaling tot versterking of verzwakking, maar of het ook mogelijk is negatieve connotaties te geven...
Toch is er misschien een eenvoudigere verklaring. Verdubbelingen zijn in talen als Frans en Nederlands relatief zeldzaam, maar ze hebben wel één duidelijke functie: prototypisch gedrag aangeven. Door een woord te herhalen geef je aan dat je echt het beste voorbeeld van een bepaalde categorie bedoeld:
Toch is er misschien een eenvoudigere verklaring. Verdubbelingen zijn in talen als Frans en Nederlands relatief zeldzaam, maar ze hebben wel één duidelijke functie: prototypisch gedrag aangeven. Door een woord te herhalen geef je aan dat je echt het beste voorbeeld van een bepaalde categorie bedoeld:
- Ga je naar huis? Nee, ik ga naar huis-huis
- Dat is echt een meisje-meisje
Het zou kunnen dat dit bij Jeanjean ook gebeurd is. Jan had dan origineel de betekenis van 'dom iemand' ('Hij is echt een Jan'), wat niet onwaarschijnlijk is. Vervolgens werd benadrukt dat hij een échte dommerd was: 'Hij is echt een Jan-Jan'. Je zou bijvoorbeeld in modern Nederlands kunnen zeggen dat iemand niet zomaar een type-Henk-en-Ingrid is, maar een echte Ingrid-Ingrid. Vervolgens verliest een uitdrukking haar speciale betekenis en wordt het algemeen 'dom'. Ik ken in ieder geval één ander vergelijkbaar geval waar zo'n verandering heeft plaatsgevonden: bij Engels dum-dum. Reduplicatie van dumb, nu in gebruik in de betekenis 'dommerd'.
Geen opmerkingen:
Een reactie posten