Lekker weg in eigen land: waarom niet naar iets taalkundigs? Genoeg te doen in februari!
Op 17
februari geeft de Groningse hoogleraar Carel
Jansen een lezing getiteld: “Schrijf ik wel op B1-niveau?”. In de
lezing gaat hij onder andere in op de vraag hoe tekstbegrijpelijkheid
wordt gemeten, of de hard-opmethode werkt, en bespreekt hij het
bekende CCC-model van Jan Renkema. De lezing vindt plaats in het
Lipsius-gebouw in Leiden, van 16.15 tot 17.15 met aansluitend een
borrel.
Van
14 tot 16 februari vindt in Leiden de 42e North American Conference
on Afroasiatic Languages plaats (waarom ze dat niet in Noord-Amerika
doen weet Milfje niet). Het thema van de conferentie is
classificatie. Het voorlopige programma is hier
te vinden, meer info over de conferentie hier.
Martine Bruil zal op 20
februari promoveren op onderzoek dat ze deed naar Ecuadoriaans Siona.
Ze onderzocht op welke manier gebruikers in die taal omgaan met
clause-typing, oftewel de ordening van de zin (zoals bijvoorbeeld
declaratief, imperatief, interrogatief). Ook keek ze naar
evidentialiteit, oftewel de graad van zekerheid waarmee mensen kennis
presenteren: in het Nederlands is dat optioneel om uit te drukken, in
veel andere talen is het verplicht.
Op 28 februari promoveert
Kiki Kushartanti aan de Universiteit Utrecht op onderzoek naar de
verwerving van stylistische variatie bij Indonesische kinderen. Om
onderdeel te zijn van een taalgemeenschap moet je namelijk meer weten
dan alleen de grammaticale regels: je moet ook de sociale taalnormen
kennen en beheersen. Van de website:
Over
een tijdspanne van zes maanden bestudeerde zij de factoren die van
invloed zijn op het gebruik van de twee variëteiten. Aan de hand van
spraak, verzameld in formele en informele interviewsettings, keek de
promovenda naar hun vermogen om van stijl te veranderen.
Geen opmerkingen:
Een reactie posten