Taaladvies
is van alle tijden. Tegenwoordig hebben we de Schrijfwijzer van
Jan Renkema, en de Taaladviesdienst, maar
taaladviesgidsen bestaan al vanaf de 19e eeuw. Dat roept de interessante
vraag op of het taaladvies nu hetzelfde is als vroeger. Wat
was vroeger fout maar nu goed? Wat is pas sinds kort fout? Zijn er fouten succesvol bestreden? Milfje dook in de oudste taaladviesgids
die ze kon vinden: de in 1847 verschenen Lijst
van woorden en uitdrukkingen met het Nederlandsch taaleigen
strijdende van
Matthijs Siegenbeek, en haalde er interessante voorbeelden
uit. Vandaag aflevering 1: aanhankelijkheid.
Wat
vond Siegenbeek?
Wat
vindt men nu?
Aanhankelijkheid staat
in de Van Dale, net als verknochtheid, maar verkleefdheid komt er niet (meer) in voor. De betekenis is nog identiek aan die van 1847: "innige gehechtheid".
Interessant genoeg staat bij verknochtheid als
synoniem toewijding, maar wordt dat niet vermeld bij aanhankelijkheid.
Noch
de Taaladviesdienst noch Taaladvies.net vermelden
aanhankelijk(heid). Het woord lijkt volledig te zijn geaccepteerd.
Gebruik?
Hoeveel een woord daadwerkelijk voorkomt is moeilijk te beoordelen. Dit is dan ook een groot probleem met taaladvies: hoeveel komt iets nou eigenlijk voor? Bestrijd je een echt voorkomend geval, of een windmolen? In dit geval wordt door een kleine zoektocht in Delpher (een online verzameling van heel veel kranten, boeken en tijdschriften) duidelijk dat het woord in ieder geval een zeker verspreiding had in de 19e eeuw:
Voorkomen van aanhankelijkheid in kranten in de 19e eeuw bron |
Hoe zit dat tegenwoordig? Google
levert de volgende resultaten op (een grove maat, maar enigszins indicatief):
Aanhankelijk
367.000
Aanhankelijkheid 45.000
Verknocht
167.000
Verknochtheid
24.800
Verkleefd
32.900
Verkleefdheid
17.000
Verkleefd komt
dus het minst voor, en lijkt bovendien een wat andere betekenis te
hebben aangenomen. Hoewel het ook voorkomt met mobieltjes, lijkt
de basisbetekenis vooral medisch te zijn: het komt voor in
"verkleefde schaamlippen", "verkleefde baarmoeder",
en "verkleefde eileiders". Niet hetzelfde als aanhankelijk dus...
De woorden aanhankelijk en verknocht betekenen volgens Van Dale wel hetzelfde, maar mijn intuitie zegt dat verknocht sterker is dan aanhankelijk, en ook dat verknocht over een langere periode gaat: aanhankelijk kan ook iets zijn dat je op één specifieke avond bent (Hij was nogal aanhankelijk gisteravond). Dat kan niet met verknocht (Hij was nogal verknocht gisteravond). Verknocht associeer ik bovendien meer met dingen-uit-m'n-jeugd: ik was verknocht aan een knuffel. Ook dat kan niet met aanhankelijk.
Conclusie
Vroeger
was het fout, want germanisme, maar nu is het goed. We verwachten nog veel meer van dit soort woorden tegen te komen. Evenzo verwachten we woorden tegen te komen die afgekeurd werden en, om wat voor reden dan ook, verdwenen zijn. Maar ook verwachten we woorden tegen te komen die vroeger werden afgekeurd en die nog steeds worden afgekeurd. Wat betreft de germanismen en andere barbarismen hangt het waarschijnlijk vooral samen met de herkenbaarheid als zodanig: aanhankelijkheid klinkt niet meer Duits, voelt niet meer Duits - een gevalletje goede inburgering.
Over het verschil tussen aanhankelijk en verknocht denken we praktisch min of meer wel hetzelfde, maar volgens mij is het onderscheid nog duidelijker. Aanhankelijk ben je alleen als je het hebt over mensen en dieren en bij verknocht over concrete en abstracte zaken. In het WNT wordt bij het lemma aanhankelijkheid uit 1865 nog wel genoemd dat het betrekking heeft op iemand of iets, maar in mijn Van Dale 14 staat bij aanhankelijk alleen nog iemand. En aanhankelijk betekent dat je iemand bijvoorbeeld trouw of toegenegen bent, maar ik denk ook direct aan fysieke aanhankelijkheid, dat iemand aanhalig wordt en letterlijk aan je gaat hangen. En je kan bijvoorbeeld een politieke partij wel aanhangen, maar dan is er voor mij nog geen sprake van aanhankelijkheid. Aanhankelijk en verknocht zijn wel verwant, maar betekenen voor mij niet helemaal hetzelfde.
BeantwoordenVerwijderenDat het niet voelt als Duits komt denk ik ook door het op z'n goed Nederlands veranderen van /ng/ in /nk/ voor '-(e)lijk'. Vergelijk 'koninklijk' en 'toegankelijk'.
BeantwoordenVerwijderenDe tegenwoordige betekenis van 'aanhankelijk' mag dan misschien uit het Duits komen, de woordvorm is al oud (maar dan in een iets letterlijke betekenis: uitwendig, wat ergens aan hangt).