Per vandaag is er weer iets nieuws op het interweb: mijn gloednieuwe eigen website. Daar valt van alles te lezen over mij, en over wat ik gedaan heb. Belangrijker is echter dat het ook een plaats is voor een nieuw blog. Daarin wil ik vertellen over mijn leven als (taal)wetenschapper, wat ik beleef, waar ik tegenaanloop, wat ik leuk en minder leuk vind. Maar vooral wil ik mijn promotieonderzoek delen. Ik wil dat om drie redenen: omdat ik de sterke behoefte voel om output te leveren, omdat ik geloof in het belang van wetenschapscommunicatie, maar vooral omdat ik denk dat mijn onderzoek mensen interesseert. Dat richt zich namelijk op een ogenschijnlijk simpele vraag, die in twee woorden is samen te vatten: werkt taaladvies?
Nieuw onderzoek
Naar die vraag doe ik sinds november 2016 onderzoek, op de Radboud Universiteit Nijmegen. Die ogenschijnlijk simpele vraag is natuurlijk helemaal niet zo eenvoudig te beantwoorden. Bovendien valt hij uiteen in allerlei deelvragen, zoals:
– hoe heeft taaladvies zich ontwikkeld in de 19e en 20e eeuw?
– speelt taaladvies een rol in taalverandering?
– heeft taaladvies effect op taalgebruik?
– zo ja, zijn er oorzaken te ontdekken waarom taaladvies wel of niet werkt?
– heeft taalgebruik effect op taaladvies? Als een bepaalde vorm bijvoorbeeld helemaal ingeburgerd is, verdwijnt het advies dan?
Mijn onderzoek vindt plaats in vier fasen: Taaladvies, Taalgebruik, Relaties, Verklaringen. Op dit moment zit ik in Fase 1. Hierin breng ik het grammaticale taaladvies in de 19e en 20e eeuw in kaart. Ik bekijk o.a. welke publicaties er allemaal zijn op het gebied van taaladvies, welke problemen er in deze publicaties worden besproken, hoe er over die problemen wordt gesproken, welke argumenten worden gebruikt om iets goed of af te keuren. Concreet voorbeeld: wat voor advies wordt er gegeven voor het gebruik van omdat en doordat? Wat voor advies wordt er gegeven voor de vorming van de overtreffende trap?
Ik ben nog niet zo lang bezig, en wat ik tot nu toe heb gedaan is vooral veel taaladviesboeken lezen, van Alfons Moortgat's 'Germanismen in het Nederlandsch' (1925) tot Friederike de Raat's 'Hoe bereidt je een paard?' (2012) en nog letterlijk honderden meer. Maar zelfs dat lezen geeft al een fascinerend kijkje in de keuken van een onderbestudeerd stukje Nederlandse taalgeschiedenis. Schitterende opmerkingen, interessante argumentaties, boeiende ontwikkelingen in beschrijvingen: als je goed kijkt is alles interessant. Als eerste dacht ik eens iets over tante Betje te schrijven. Het staat nu op de website, toe maar, ga er maar heen. Ik ben benieuwd wat je ervan vindt.
Minder Milfje? Neen!
Ik weet niet hoe het gaat lopen, maar het is zeker niet mijn bedoeling om minder te gaan schrijven voor Milfje. De twee blogs hoeven elkaar ook zeker niet te snijden. Mijn onderzoeksblog heeft wel met een onderwerp te maken waar we het hier ook wel een of twee keer over hebben gehad (taaladvies), maar de benadering en de toon zullen toch anders zijn. Milfje is anders qua toon, is speelser qua opzet en breder qua reikwijdte van de onderwerpen. Mijn onderzoeksblog richt zich in principe echt op het onderzoek dat ik doe. Het zal daarmee mogelijk wat akademischer van toon zijn, maar iedereen die ons boek gelezen heeft is daar ook al bekend mee. Maar minder Milfje, tsja, dat zie ik niet gebeuren. Ik merk wel dat ik de laatste tijd sowieso wat minder schrijf, maar de ideeën liggen er zeker nog.
Voor nu nodig ik jullie allemaal van harte uit om mijn nieuwe blog te gaan volgen. Hopelijk binnenkort ook via Facebook en Twitter.
Wel, schijnt lijk ik ben nu Volgend Marten van der Meulen. Kijkend voorwaarts tot het!
BeantwoordenVerwijderenLeuk! Heel ergerlijk inderdaad, die automatisch vertaling, maar ik kan niet diep genoeg Wordpress in om er iets aan te doen. Zijnd hulp welkom!
VerwijderenHaha, tj'ach, het levert weer een leuk taalcuriosum op, moet je maar denken.
VerwijderenJa, zeker waar. Mijn ergernis komt vooral voort uit het niet kunnen veranderen...
Verwijderen