Perron Geluk hoofdstuk 1
Op velerlei verzoek een nieuw taalerotisch, (pseudo-)humoristisch verhaal van Milfje! Zing, sop, lach, kots, bloed, zwelg... en bewonder!
Hoofdstuk 1
“De
trein … naar Hellevoetsluis … van zeventien uur achttien … vertrekt over
ongeveer tien… minuten”
De jongeman, die zo-even zo heftig had gereageerd op de onschuldige mededeling,
zat nu volledig in elkaar gezakt op het oncomfortabele stationszitje. Af en toe
schokte hij even zachtjes onder zijn overmaatse en nogal sjofel aandoende beige
regenjas. Sowieso maakte hij nogal een sjofele indruk: ook zijn bordeelsluipers
hadden duidelijk betere tijden gekend, en de rode das die hij strak om zijn
hals had geknoopt was groezelig en zat onder de vlekken. Tel daarbij het kapsel
van de student (want wat anders zou hij kunnen zijn?) op en het is makkelijk te
begrijpen waarom de jongen werd gemeden alsof hij SARS had.
Deze
volstrekt gebruikelijke mededeling werd door het overgrote merendeel van de
reizigers op het regen-overgoten perron met lede oren aangehoord. Er was echter
één jongeman die opsprong met een woedend armgebaar, een luide kreet slaakte en
zuchtend weer ineenzakte op een bank. De andere reizigers negeerden hem. Ze
waren moe en wilden naar huis, naar waar moeder de vrouw de piepers inmiddels
wel op het vuur zou hebben, om die dan met een jusdoordrenkt sukadelapje aan de
moegestreden beleidsconsultants op te dienen.
Daar kwam bij dat je dit soort gekken altijd het beste kon vermijden,
wie had er tegenwoordig nog tijd voor de sores van een ander?
Brim
(want zo heette de ongelukkige student, ook dat nog!) zat diep weggedoken in
zijn jas. Het periodieke schokken werd veroorzaakt door een diepe Weltschmerz,
die af en toe een uitlaadklep nodig had. Nu, zo wist Brim, zou het nooit meer
goed komen. Nu had hij het voor de laatste keer verpest. Had Tifanny-Lynne
immers niet gezegd, dat als hij ook maar een minuut te laat zou komen, dat ze dan
haar spullen zou pakken en dat hij haar dan nooit meer zou zien? Van een ander
had Brim dit misschien aangenomen als brallerige grootspraak, maar hij had lang
genoeg met dit roodharige brokje hete bliksem samengewoond om te weten dat ze
het meende. En nu was die ellendige trein dus te laat, en was het voorbij.
Maar zoals Plato al zei: in iedere
hondendrol schuilt wel een bloemetje. Zo ook in de gemoedstoestand van Brim…
Het leven had hem al lang geleden geleerd dat als je vrees’lijk terneergeslagen
was, je maar het Beste jezelf kon opbeuren. Het seksleven had hem geleerd dat
er niets zo opbeurend was als een potje minnespelen. Brim was daar niet
kieskeurig in: man, vrouw, she-male, travestiet, interseksueel, paard, schaap,
geit, alles door elkaar... Maakte niet uit met wie! En daar, daar kwam de trein
toch eindelijk binnenrijden en wie, wie stapte als eerste uit en werd door Brim
meteen als hatseflatspartner herkend? Precies, de conducteur.
Tsja, Brim hield dan wel misschien
het meest van rondborstige vrouwen, maar als er een uniform in het spel was,
was het andere koek. Hij hobbelde dus wellustig naar de man met de fluit, en
brak vurig het ijs.
“Hé
man, kekke pet, gaat deze trein naar Seksbierum eh.. Hellevoetsluis?
introduceerde hij zichzelf fluks.
“Eh…
Ja waar jij maar heen wilt jongeman”, raadde de conducteur direct Brim’s
bedoelingen.
Brim
stapte in en wachtte ongeduldig. Wat een balkonverwachte ontmoeting was dit nu
toch weer… Hij hoefde niet lang te wachten, of daar blies de kordate
NS-medewerker, in zijn strakgespannen blauwe broek der illusies, flink op zijn
glimmende fluit, stapte in, en opende met zijn uit de kluiten gewassen
sleutelbos het krappe personeelskamertje.
De conducteur, die een hekel had aan
vertraging, trok Brim met gespinde zwoed naar binnen en liet er geen gras over
groeien: hij begon meteen aan de ritssluiting van diens broek te morrelen. Het
jonge lustobject ondertussen trok zijn shirt uit, maar besloot bij nader inzien
zijn regenjas aan te houden, dat gaf hem een heerlijk vies gevoel. Onder
invloed van dit heerlijk besmeurde gevoel roerde zijn liefdespilaar zich
dusdanig, dat het uittrekken van zijn broek behoorlijk bemoeilijkt werd. Toch
lukte het de enigszins kalende conducteur al snel om het kledingstuk naar
beneden te trekken, waarbij onmiddellijk Brims purpergekopte schacht fier uit
zijn ampele buikpruik omhoog stak. De nog immer naamloze conducteur liet er
geen gras over groeien maar slurpte onmiddellijk kokhalzend het hele lid naar
binnen. Met een tevreden glimlach leunde Brim achterover. Er ging toch weinig
boven het gepepen worden in een rijdende trein.
De
conducteur kweet zich manhaftig van zijn taak, en binnen no-time begon de
lullepap al in Brims zak te borrelen. Maar ho-ho, dat ging toch iets te snel
voor de genietende jongeman. Met enige spijt haalde hij resoluut zijn sjors uit
de met kwijl doordrenkte orale opening van de treinbeambte. “Nu wil ik hem in
je bips steken”, blafte Brim gemoedelijk. De conducteur aarzelde geen moment,
maar sprong op en draaide zich in één beweging om (een behoorlijk onverwacht
acrobatisch hoogstandje van een man van in de 40 met overgewicht), liet zijn
broek en witte slip zakken en trok zijn slobberbillen uit elkaar. “Schiet op!”
schreeuwde het blauwgeklede lustobject paniekerig, “we zijn bijna bij het
station!”
Brim
liet zich dat geen twee keer zeggen. Hij stopte alleen nog even om een keer
flink in de naad van de oudere man te spugen, om daarna prompt hem in zijn anus te bezitten. Hij deed dat met zo’n
geweld, dat de conducteur met zijn plofkop tegen het raampje van het krappe
personeelskamertje sloeg, maar dit leek diens plezier alleen maar te verhogen.
Hij kraaide het uit: “KukelekukelekukeleKUUUUUUUU!” Inmiddels was de trein
inderdaad bijna in Hellevoetsluis aangekomen, dus terwijl de trein vertraagde,
verhoogde Brim het tempo van zijn stoten. Ook hij schreeuwde het nu uit:
ondanks de overduidelijke plezier waarmee de conducteur hem zijn kamertje in
had gelokt, was deze man een duidelijk kastgeval: zijn kringspier was krapper
dan die van een 14-jaar oud Thais jongetje, en het schuurde zo dat Brims
lustknuppel begon te bloeden. Dat lubriceerde dan wel weer lekker, en het
duurde dan ook niet lang of Brim en zijn machtswellustige conducteur bereikten
een piepend en schokkend einde, terwijl om hen heen de trein een navenante
climax beleefde op station Hellevoetsluis.
Geen opmerkingen:
Een reactie posten