Een tijdje terug was ik bij de scriptiepresentatie van een
bachelorstudent. Het praatje ging over woorden als ‘lezer’ en ‘directeur’:
daarvan wordt wel gezegd dat ze genderneutraal zijn, oftewel dat ze naar zowel
een man als een vrouw kunnen verwijzen. De vraag van de scriptie (en van sociolinguistisch
onderzoek) was of dat echt zo is: denk je bij zo’n woord stiekem toch niet
eerder aan een man? Ik heb de student in kwestie alleen ‘student’ genoemd –
stelde u zich een jongen of een meisje voor? Of een geslachtsloos mens?
Er bestaat over dit thema een bekend verhaal; het gaat als
volgt. Een vader en een zoon krijgen een ernstig auto-ongeluk. De vader
overlijdt, de zoon wordt ernstig gewond naar het ziekenhuis gevoerd. Wanneer
hij de operatiekamer in wordt gebracht, zegt de dienstdoend chirurg: ik kan
deze man niet opereren, het is mijn zoon!
Hier moeten verreweg de meeste mensen lang over nadenken:
huh, hoe kan dat, de vader is toch overleden? Oplossing: de chirurg is de
moeder van de zoon. Dat mensen daar niet opkomen, wordt geweten aan het feit
dat mensen bij ‘chirurg’ automatisch aan een man denken, ook als ze heel geëmancipeerd
zijn en prima weten dat vrouwen ook chirurg kunnen zijn. Dit is een aanwijzing
dat een zogenaamd genderneutraal woord als ‘chirurg’ toch geinterpreteerd wordt als ‘gendered’,
namelijk als mannelijk.
Zogenaamd genderneutrale woorden verwijzen dus eerder naar
een man dan naar een vrouw. Andersom komt nauwelijks voor – de enige
voorbeelden van “genderneutrale” woorden die automatisch als vrouwelijk
geinterpreteerd worden, zijn voor zover ik kan bedenken ‘secretaresse’, en
‘hoer’ (interessant dat dit beide ‘dienstverlenende’ beroepen zijn...). Als je bij
alle andere gevallen zeker wilt zijn van een vrouwelijke interpretatie, moet je
een afgeleide vorm gebruiken, bijvoorbeeld chirurge, directrice, lezeres, of
studente.
Wat betreft beroepstermen is er debat of je nou wel of niet
zo’n specifiek vrouwelijke term moet gebruiken, of dat je toch beter de
zogenaamd neutrale term kunt nemen. In het artikel 'Een vrouw een vrouw een woord een woord' van expert Ingrid van
Alphen, dat je hier kunt downloaden, lees je meer over de argumenten voor en tegen (en je leest er
dat dit debat politiek uitgevochten is – zonder echte conclusie
overigens). Kort samengevat: als je in taal zichtbaar wilt maken dat het om een
vrouw gaat, dan moet je de vrouwelijke term gebruiken.
Voorstanders van het ‘neutralisatiestandpunt’ (=alleen gebruik van algemene termen) zeggen dat het bij beroepen niet gaat om het geslacht van de beoefenaar(ster), en dat je de vrouw dus niet zichtbaar hoeft te maken. Voorstanders van differentiatie benadrukken dat er überhaupt geen sprake is van neutraliteit: door geen gespecialiseerde termen te gebruiken, is de vrouw onzichtbaar en afwezig, en de beroepsnaam DUS mannelijk. Als je ongelijkheid wilt voorkomen, moet je wel differentieren.
Voorstanders van het ‘neutralisatiestandpunt’ (=alleen gebruik van algemene termen) zeggen dat het bij beroepen niet gaat om het geslacht van de beoefenaar(ster), en dat je de vrouw dus niet zichtbaar hoeft te maken. Voorstanders van differentiatie benadrukken dat er überhaupt geen sprake is van neutraliteit: door geen gespecialiseerde termen te gebruiken, is de vrouw onzichtbaar en afwezig, en de beroepsnaam DUS mannelijk. Als je ongelijkheid wilt voorkomen, moet je wel differentieren.
In andere woorden: het is kiezen of delen. Mensen dichten je
toch wel een geslacht toe, dus als je niet expliciet je vrouwelijkheid
zichtbaar maakt door bijvoorbeeld ‘chirurge’ te zeggen, dan denken ze dat het
om een man gaat. Dan nog kun je zeggen: lekker belangrijk, wat maakt het uit
als iemand je geslacht verkeerd beoordeelt? Eenieder die dat denkt, nodig ik
uit te ervaren wat er gebeurt als je een mannelijke chirurg als ‘chirurge’
benoemt. Dat voelt ronduit fout, de man IS geen vrouw – ook al zou er niks mis
mee zijn als hij wel een vrouw was, het klopt niet, het is niet wie hij is. Het
is toch gek dat je dat andersom niet zo ervaart? Waarom zou het voor een vrouw
geen probleem moeten zijn om als man gezien/benoemd te worden, terwijl dat andersom wel
zo is? Dit lijkt me een schoolvoorbeeld van een sociale ongelijkheid die in de
taal tot uiting komt.
Een secretarisse! |
Trouwens, het is nog interessanter om te bedenken dat voor sommige identiteiten helemaal geen woord is. In veel talen bestaat er bijvoorbeeld geen woord voor ‘lesbienne’, of is dat hetzelfde woord als ‘hoer’. Hoe noemt een lesbische vrouw zich daar dan?
Ik dacht aan een vrouwelijke student, want welke man schrijft er nou over gendertoestanden? (Misschien seksistisch, maar dit was echt mijn eerste gedachte.)
BeantwoordenVerwijderenMensen denken bij 'chirurg' aan een man omdat chirurgen nu eenmaal meestal mannen zijn.
Ja natuurlijk, het is heel logisch dat als een woord beide interpretaties toelaat, je uitgaat van de meest waarschijnlijke, en dat is bij chirurg inderdaad een man en haha, in het geval van een genderonderwerp misschien inderdaad een vrouw. Maar mijn punt is DAT je dus beslist welke van de twee het is - zo'n woord is dus niet neutraal als in 'geslachtsloos'.
VerwijderenTen tweede: uiteraard denk je, vanwege die meerderheid of om wat voor reden dan ook, bij chirurg eerder aan een man - doet iedereen en is niks mis mee, volkomen logisch. Maar wat zo opvallend is bij dat verhaaltje, is dat mensen zelfs als de omstandigheden een man-interpretatie uitsluiten, alsnog niet aan een vrouw denken. Die optie lijkt er gewoon niet te zijn. Daarmee bedoel ik niet dat die mensen seksistisch zijn, maar ik wil illustreren hoe sterk die automatische interpretatie is.
Interessante discussie en bedankt voor de tip van het artikel van Ingrid van Alphen. Echter doet de link in het blog het niet meer.
BeantwoordenVerwijderenDank voor de tip! Ik heb de link aangepast, als het goed is werkt 'ie nu weer.
Verwijderen